dinsdag 26 april 2011

De doden in Al Hoceima en de moord in Rabat

De beweging van 20 Februari in Marokko heeft wel wat bereikt, er zijn hervormingen aangekondigd en er zijn politieke gevangenen vrijgelaten. Maar de hervormingen zijn oppervlakkig en de politieke gevangenen zijn niet onschuldig verklaard. De demonstraties gaan door. Hoewel dat in Nederland bijna niet is doorgedrongen, zijn er ook in Marokko slachtoffers gevallen. Fadoua Laroui heeft zich in brand gestoken als protest tegen het onrecht en de corruptie.
En er zijn vijf jongens omgekomen bij een brand in een bank tijdens een demonstratie in Al Hoceima, een stad die sterke banden heeft met Nederland. Het drama is nog steeds een onopgeloste kwestie. Hoe heeft dat kunnen gebeuren? Bij een demonstratie in Amsterdam stelde de 20 Februari Beweging Nederland een paar eisen en met name : "Opheldering over de ware toedracht en de dood van deze vijf jongeren in El Hoceima." De Beweging vraagt de Nederlandse regering om hulp en om stappen in die richting te ondernemen.

In Rabat zijn ook slachtoffers gevallen. Dit bericht werd onlangs ontvangen:

Op donderdag 21 april 2011 om 21.00 uur zijn de Saharaanse studenten Hammadi Habad (25 jaar oud) en Boujemaa Boutoumit (25 jaar oud) aangevallen door een man met een mes. De aanval vond plaats voor het Marokkaanse ministerie van communicatie in de Alaairfane straat in Rabat. Ten gevolge van de aanval is Habab overleden en raakte Boutoumit zwaar gewond.

Boutoumit heeft meer dan twee uur doorgebracht in het Ibn Sina Ziekenhuis in Rabat. "De aanval kam volstrekt onverwacht en heeft me volledig overrompeld, ineens voelde ik een mes in mijn nek. Een onbekend persoon bracht me dit ernstige letsel toe, en viel daarna op brute wijze mijn vriend Habad Hammadi aan, en stak doelgericht naar zijn hart." Hammadi werd overgebracht naar het ziekenhuis, waar hij werd verwaarloosd voor meer dan een half uur, zonder enige medische hulp. Hij stierf kort daarna.

Enkele uren later verzamelden honderden Saharaanse studenten in Rabat zich bij de campus van de universiteit Souissi 1 en voor het Ibn Sina ziekenhuis, en veroordeelden de gruwelijke aanvallen.

De volgende dag, vrijdag 22 april 2011, hebben de Marokkaanse autoriteiten geweld gebruikt tegen de Saharaanse studenten op de universitaire campussen Souissi 1 en 2, in een poging om verdere studentenprotesten tegen de misdaad te voorkomen. De gewelddadige interventie leidde tot confrontaties tussen Saharaanse studenten en de Marokkaanse politie die de twee campus gebouwen had omsingeld en was begonnen met willekeurige arrestaties van Saharaanse studenten.

We hebben de volgende lijst van namen van de gearresteerden Saharanen, Brahim Chelh, Masaad Sleima, Said Abailil, Erraji Cheikh Mbarek, Erraji Mohamad, Erraji Abdelfattah, Lahbib Elmansouri, Ahmad Ayoub, Mattou Charki, Driss Elberkaoui, Fala Waissi, Rabab Aamar Edaya. Al deze Saharaanse studenten zijn overgebracht naar het politiebureau van de gerechtelijke politie in het centrum van Rabat.

Veel Saharaanse studenten zijn ook gewond geraakt als gevolg van de tussenkomst van de politie, zoals het geval is van Abrakhom Atwif. Een eerste lijst wordt vastgesteld.

De gerechtelijke politie van Mohamed V in Rabat Street ondervraagt de aangevallen Saharaanse studenten Boutoumit Boujmaa, als een slachtoffer en ooggetuige van de dood van Habad Hammadi.

Tientallen Saharaanse studenten zijn naar het hoofdbureau van politie getrokken waar een protest werd georganiseert waarin gevraagd wordt ​​om een ​​eerlijk onderzoek naar de brute aanval die heeft geleid tot de dood van hun collega Habad Hamadi en de verwondingen van Boujmaa Boutoumit.

Er moet nog worden opgemerkt dat Habad Hamadi werd geboren op 7 oktober 1986 in Assa (Zuid-Marokko). Hamadi was in zijn derde jaar bij de faculteit Wetenschappen van juridische, economische en sociale dienst, algemene wet divisie, Med V Universiteit. Hij woonde op de campus "Souissi 1", kamer N ° 403 B.

Volgens Marokkaanse bronnen zijn er zware onlusten uitgebroken in Rabat nadat een meisje was lastig gevallen door een dronken student. Er zou een verdachte van de steekpartij zijn aangehouden. Het is in ieder geval duidelijk dat ook deze zaak tot op de bodem uitgezocht dient te worden.

Habad Hamadi
Boujemaa Boutoumit

zaterdag 23 april 2011

Flintlock

Flintlock is het Engelse woord voor vuursteenslot en dat is een ouderwets ontstekingsmechanisme met een vuursteen op geweren en musketten. Het woord Flintlock wordt ook gebruikt in codenamen voor Noord-Amerikaanse militaire projecten in Afrika.
Flintlocks zijn dan zogeheten "Joint Combined Exchange Training" (JCET) oefeningen die uitgevoerd worden door de U.S. Army Special Forces en de U.S. Army Rangers, met ondersteuning van nog andere afdelingen, waaronder Europese militaire units om ervaring op te doen in samenwerking met buitenlandse militairen, onder andere in Afrika. Er is zorg dat de speciale troepen opleiden tot het begaan van oorlogsmisdaden zoals in Oost Timor en Rwanda.

Operatie Flintlock is de codenaam voor een militaire oefening in Noord-Afrika. Een multi-nationale oefening die sinds 2005 elk jaar wordt gehouden in het kader van het Trans-Sahara Counterterrorism Partnership. De militaire ondersteuning voor dat partnerschap wordt gegeven in het kader van Operation Enduring Freedom Trans Sahara.

Flintlock dit jaar heeft aanleiding gegeven voor kamervragen. De Kamerleden van Bommel en Voordewind zijn verbaasd en willen opheldering. De indruk bestaat dat het geheime oefeningen zijn. Dat is niet helemaal terecht. Echt geheim is de Nederlandse bijdrage niet en de oplettende websurfer had het al eerder kunnen weten:

* The Moor Next Door schreef op 23 augustus 2007 dat Holland een bijdrage leverde aan Flintlock 2007.

* In 2008 publiceerde Daniel Volman een artikel in het African Security Research Project waarin hij melding maakte van Nederlandse deelname aan Flintlock 2007. Volman vermeld ook een incident in Mali waarbij een USA Hercules vliegtuig werd beschoten. De militaire samenwerking met de Malinese regering behelsde ook betrokkenheid in de strijd tegen de Toearegs. Die hebben problemen met de Malinese regering omdat die uraniumhoudende leefgebieden van Toearegs verkoopt aan mijnbouwbedrijven.

* Op 15 mei 2010 schreef dit blog: "De reisadviezen van regeringswege maken in het algemeen geen melding van militaire oefeningen. Toch is het nuttig om te weten dat Westelijk Afrika van 3 tot 22 mei het decor is voor Operatie Flintlock 2010, onder leiding van Lt. Col. Chris Call, de "deputy commander of the Joint Special Operations Task Force-Trans-Sahara". Het is een multi-nationale operatie waarin veel West Afrikaanse landen samenwerken inclusief Marokko en Algerije maar exclusief de Saharanen. Er zijn berichten dat Uzelf, althans uw regering, dat wil zeggen Nederlandse militairen ook meedoen."

* Op 27 september 2010 schreef dit blog:
"Opvallend was verder dat er opeens melding werd gemaakt van deelname door Nederlandse militairen aan de Operatie Flintlock, een militaire oefening in de Malinese Sahara. Dit blog maakte er al melding van en er is een stukje verschenen in de Defensiekrant maar verder is er niets over in de Nederlandse media gemeld ... totdat er een bericht verscheen in het Parool waarin werd gespekuleerd op een gijzelneming in de Sahara om de Marokkaanse moordenaar van Theo van Gogh vrij te krijgen."

* En Martin Broek schreef op op 3 februari 2011 een stukje waarin de Nederlandse deelname werd genoemd en op 11 februari 2011 een Engels stuk.

Strikt geheim is de Nederlandse militaire inzet in Afrikaanse landen dus niet en dat is het waarschijnlijk nooit geweest. Maar "geheim" is een stevige militaire classificatie die vaak alleen maar politieke moeilijkheden veroorzaakt. Men kan ook kiezen voor beheerst en geleidelijk uitlekken.
Van een goede bron heeft dit blog vernomen dat het ministerie van Defensie geen persbericht heeft laten uitgaan over de Nederlandse deelname, in ieder geval in 2010. En dat is wel raar. Want terwijl in 2010 over de hele wereld, van Duitsland tot Zuid Afrika tot Australie is geschreven over de Nederlandse deelname wist het Nederlandse publiek van niets. En de volksvertegenwoordiging dus ook niet. Wie heeft dan besloten tot deelname, en wie heeft de begroting ervoor goedgekeurd? Wie heeft het voorbereid?

vrijdag 22 april 2011

de humanitaire leugen

De Amerikaanse senator McCain is in Bengazi op bezoek geweest bij de Libische rebellen en heeft hen een hart onder de riem gestoken. Hij roept de USA op de rebelse oppositie te erkennen als legitieme regering terwijl die maar niet kan winnen van Kadaffi ondanks de militaire steun van de USA, de Britten, Frankrijk, Italie en zelfs Nederland middels de helicopter van Hare Majesteits fregat Tromp. Het Europese oorlogstrio Cameron, Sarkozy en Berlusconi gaat inmiddels een stap verder in de escalatie met het sturen van zogenaamde militaire "adviseurs". Het doet denken aan de Nederlandse politietrainers in Afganistan. Die moeten daar orde en rust brengen. Ongeveer zoals Nederlandse militairen eerder orde en rust brachten tijdens de politionele acties in Nederlandsch-Indië.
De oorlog van Engeland, Frankrijk, Italië en suffig Nederland tegen Kadaffi is een feit en die wordt gevoerd met wapens en leugens. Zoals dat al een tijdje gaat. Met soldaten die geen soldaten mogen heten. Een oorlog die geen oorlog mag heten maar die humanitaire bijstand genoemd wordt aan mensenrechten-lievende betogers, eh.. rebellen en opstandelingen. Bombardementen op Libische steden door Europese gevechtsvliegtuigen worden aan het verbijsterde publiek verkocht als hulp aan bedreigde burgers.

Het publiek dat nog steeds niet heeft begrepen waarom en door wie zo werd gelogen over de Irak oorlog kan zich verbazen over de uitkomst van een nieuw onderzoekje : het waren grote oliebedrijven als BP, Exxon en Shell waarin Hare Majesteit een flink belang heeft, die de drijvende kracht bleken te zijn in de grootschalige mens en milieu verwoesting. Winst was het doel en die massavernietigingswapens en democratiseringsbehoefte zijn slechte dekmantels geweest. Een opvallend gelijkend scenario wordt nu in Libië afgewerkt. Zogenaamd om de democratie te bevorderen wordt een burgeroorlog in gang gezet en voortdurend gevoed en vredesinitiatieven worden genegeerd. De strijd zal worden gesteund tot het land en het centrale gezag in puin liggen waardoor de weg vrij wordt gemaakt voor Al Qaida in Libië en de Maghreb. Daarmee zal ook Algerije kunnen worden ontwricht waardoor uiteindelijk ook de oliereserves van dat land binnen bereik van de westerse olie-rovers kunnen komen. Al Qaida zal een goed excuus leveren voor grootschalig militair ingrijpen. Het is een scenario vol roofzucht en leugens waar men op de Europese terrassen niet graag van wil weten maar dat in en rond de grote Afrikaanse woestijn geen verbazing zal wekken.

Hoe zit het ondertussen met de mensenrechten en de humanitaire zorgen omtrent de Westelijke Sahara? Hetzelfde Frankrijk dat in Libië in naam van de humaniteit met geld, diplomatieke steun en wapens ingrijpt blokkeert in de Veiligheidsraad een initiatief om de VN vredesmissie in het gebied op de mensenrechten te laten letten. Het is Frankrijk dat niet alleen de Marokkaanse schendingen van de mensenrechten maar de ganse Marokkaanse bezetting van de Westelijke Sahara in stand houdt.

De Marokkaanse diaspora ziet tegenwoordig ook de Franse invloed als obstakel bij de ontwikkeling van het land. In Marokko zelf, dat nog steeds wordt afgeschilderd als een rustpunt in de Arabische wereld, kan men Fadoua Laroui niet vergeten. De beweging voor verandering gaat door. Het heeft al geleid tot toezeggingen voor hervormingen, koninklijke manoeuvres en de vrijlating van politieke gevangenen als de Riffijn Chakib El Khayari, en de Saharanen Tamek, Dahane en Naciri.
Het laatste nieuws is dat in Rabat een Saharaanse student is vermoord wat tot grote onlusten heeft geleid.

dinsdag 12 april 2011

Oproep tot Solidariteit met de vrijheidsbeweging van Marokko


Overgenomen van Facebook

Toon jouw solidariteit tijdens de manifestatie van 24 april 2011
Vanaf 15.00 uur op het Beursplein te Amsterdam

Beweging van 20 februari Nederland
Het Marokkaanse volk maakt historische momenten spanningen mee die zowel politiek als sociaal economische van aard zijn. Hiervoor ligt een gevoel bij de bevolking van onderdrukking en onrecht ten grondslag. Het Marokkaanse politieke systeem draagt in deze de volledige verantwoordelijkheid voor het de afbraak en van de politieke, economische, sociale en culturele rechten.

Wat wij geconstateerd hebben sinds de ingang van de zogenaamde ‘nieuwe tijdperk’
- Verval van overheidsinstanties door uitzaaiing van corruptie in het systeem
- Een zorgwekkende beperking van de persvrijheid en aanhouding van verslaggevers om politieke redenen.
- Een ernstige daling van de koopkracht door prijsverhogingen van de basisbehoeften.
- Een volledige en ondemocratische overheersing van het Koninklijke apparaat op alle beleidsterreinen.

Gegrond op het bovenstaande eisen wij het volgende:
- Een hervormde grondwet die recht doet aan de parlementaire democratie en de wil van het volk.
- Ontbinding van regering en parlement en het installeren van een overgangsregering die de (hervormings)eisen van het volk ten uitvoer brengt.
- Onafhankelijke en eerlijke rechterlijke macht
- De berechting van zij die zich schuldig hebben gemaakt aan corruptie, machtsmisbruik en plundering van gemeengoed.
- Het officialiseren van het Tamazight naast het Arabisch en aandacht voor de specifieke kenmerken van de Marokkaanse identiteit, taal, cultuur en geschiedenis.
- De vrijlating van alle politieke gevangenen en openen van dossiers die zij aangekaart hebben.
- Een onmiddellijk integreren van werklozen in de beroepsbevolking.
- Zorgen voor een fatsoenlijk leven voor de kosten van levensonderhoud te verminderen en het minimumloon
- Streven naar een eervol bestaan voor alle burgers met verbetering van de koopkracht en hanteren van het minimumloon voor elk.
- Stoppen met de militaire controle van de Rif en de vijandelijke houding naar deze.
- De onmiddellijke vrijlating van alle gevangenen van de protesten van 20 februari en eisen een onpartijdig onderzoek naar de gebeurtenissen waaronder het ingrijpen van het politieapparaat landelijke en de eventuele (?) bemoeienis van partijen voor eigen politiek belang. De beweging betreurt tevens het niet ingaan van de Marokkaanse regering op de eisen van de beweging de eerdere demonstraties en het bagatelliseren van de protesten door deze af te doen als rellen.

------

woensdag 6 april 2011

Felipe!



Mariem Hassan zingt een antwoord op de redevoering die Felipe Gonzalez in 1976 gaf in de Saharaanse vluchtelingenkampen, een jaar na de Marokkaanse invasie.

Felipe Gonzalez was toen de leider van de Spaanse socialisten die nu werkt voor een EU missie in voormalig Yugoslavia en Kosovo; hij is in het nieuws vanwege de beschuldiging opdrachtgever te zijn geweest van het staats-terreurcommando GAL in Spanje.